Vliegen

Week 1 De deltavlieger

Durf jij hoog in de lucht te vliegen net zoals de vogels? Of durf je misschien nog hoger? Wat jammer dat wij geen vleugels hebben. Maar in een vliegtuig, helikopter of luchtballon kun je wel meevliegen. Er zijn zoveel manieren om te vliegen! Ga je mee? Dan stijgen we op!

Heel lang geleden probeerden mensen te vliegen. Ze maakten hele grote vleugels vast aan hun armen en sprongen dan van een heuvel. Lukte dat? Meestal niet…. Soms deden ze zich wel pijn. Zou jij ook zo graag willen vliegen, net als een vogel? Zie je de deltavlieger? Hij vliegt met een hele grote vleugel, een deltavleugel. Hij hangt aan stevige kabels die aan de vleugel vastgemaakt zijn. Zou jij dat durven? Kijk maar eens naar deze deltavliegers

Achtergrondinfo: de benaming deltavlieger komt van de Griekse letter delta Δ die de vorm van een driehoek heeft, net zoals de deltavleugel.

 

Wat doe je aan als het koud is?

Hoe hoger je vliegt, des te kouder het wordt. Ben je wel eens op een hoge berg geweest? Misschien lag daar wel sneeuw terwijl het zomer was. De deltavlieger vliegt hoog in de lucht. Zou hij het koud krijgen? Wat moet hij aantrekken om lekker warm te blijven? Wat doe jij aan wanneer je koud bent? Kleur de deltavlieger of beplak hem met stukjes gekleurd papier. 

Bouw een deltavleugel

Nodig:

  • Stevig karton
  • LEGO-poppetjes of andere kleine poppetjes
  • Pijpenragers
  • Verf, kleurpotloden of gekleurd papier om te versieren

Knip uit stevig karton een driehoek. Prik een gaatje voorin de vleugel. Laat de kinderen de vleugel mooi versieren. Knip de pijpenrager op de juiste lengte zodat het poppetje er ‘klem’ in komt te hangen. Duw de beide uiteinden van de pijpenrager aan de onderkant van de deltavleugel door het gaatje. Draai de uiteinden van de pijpenrager een paar keer om elkaar heen en plak het stevig vast met een plakbandje op de bovenkant van de vleugel. Laat de kinderen op 1 lijn staan met de deltavleugel in hun hand. De deltavleugel wordt nu zover mogelijk naar voren gegooid. Welke vlieger komt het verst?

Kijk eens goed naar de deltavlieger. Hij draagt een stevige helm op zijn hoofd. Waarvoor zou dat zijn? Stel je voor dat hij toch valt en zijn hoofd heel hard stoot. Welke mensen dragen ook een helm? Denk aan een brandweerman, bouwvakker, motorrijder, enz.

Als je naar het filmpje van de deltavlieger hebt gekeken, dan zie je dat hij zijn benen in een soort zak heeft gestopt. Z’n benen blijven dan lekker warm en hij zweeft gemakkelijker door de lucht.

Vliegen

Leg een deken of laken op de grond. Laat twee volwassenen de uiteinden hiervan stevig vasthouden. Om de beurt mogen de kinderen op hun buik hierop liggen. De volwassenen tillen voorzichtig de deken met kind een stukje omhoog. Het kind gaat zweven en ervaart een klein beetje het gevoel van vliegen.

De vlieger van de deltavleugel moet met zijn lijf sturen. Hij hangt aan een driehoek van buizen. Kijk maar eens goed naar de foto. Duwt hij zijn lijf naar links, dan gaat de vleugel ook naar links. Duwt hij zijn lijf naar rechts, dan gaat de vleugel ook naar rechts.

Kan jij al fietsen op een driewieler of op een fiets? Wat moet je doen als je de bocht om wilt naar links of naar rechts? Ga jij ook sturen?

Week 2 De luchtballon

Net als de deltavlieger heeft de luchtballon geen motor. Hij vliegt met de wind mee. Net zoals de blaadjes die door de wind door de lucht worden geblazen. Een luchtballon is enorm groot en onderaan die grote ballon hangt een mand. Daar kunnen mensen in staan en vliegen zo mee met de ballon. Kijk maar eens naar dit filmpje.

Hoe komt het nou dat de ballon gaat zweven? Er wordt lucht in de ballon geblazen. Die lucht wordt daarna heel heet gemaakt. Dat gebeurt met een gasbrander. Het gas wordt aangestoken met vuur zodat het gaat branden. 

Hete lucht gaat naar boven

Maak een pot thee en schenk een glas vol. Het spreekt voor zich dat de hete thee buiten bereik van de kinderen staat. Laat zien dat de hete damp van de thee naar boven zweeft. Hete lucht gaat altijd naar boven, net zoals bij de luchtballon.

luchtballon maken

Nodig:

  • ballon
  • Vouwblaadje
  • Schaar
  • Pijpenragers
  • Groot formaat rietjes
  • Versiermateriaal

Vouw het vouwblaadje tweemaal in de lengte en breedte dubbel. Hierdoor ontstaan 16 vierkantjes. Knip elke hoek van het vouwblaadje aan èèn kant in. Laat de kinderen in elk 'hokje' van het vouwblaadje een afbeelding stempelen of iets kleuren/plakken (tip: laat de letter V stempelen en leg uit dat dit de eerste letter van het woord 'vliegen' is). Plak de ingeknipte hoekjes aan elkaar zodat er een mandje ontstaat. Laat de kinderen de rietjes in stukken knippen of doe dit zelf. Laat de kinderen de stukjes riet op de pijpenrager schuiven. Zet de pijpenragers aan de onderkant vast in de vier hoeken van de mand en verbind ze aan de bovenkant met een pijpenrager die in een cirkel is gebogen.

Blaas de ballon op. Zet het mandje onder de ballon vast. Doe dit door de ene kant van een pijpenrager aan de ballon vast te maken en de andere kant door de bodem van de mand (zie foto).

Varen met een luchtballon

Nodig:

  • Grote doos van de supermarkt
  • Groot formaat vuilniszak
  • Föhn
  • Touw

Om de kinderen een beetje te laten ervaren hoe het luchtballon varen gaat, halen we een grote doos bij de supermarkt. Deze dient als mand voor de luchtballon. Pak de vuilniszak en bind de hoeken aan de open kant van de zak met een touwtje stevig dicht. Er moet tussen deze hoeken een kleine opening zijn waar de lucht ingeblazen wordt. Knoop met een ander touwtje de punten vast aan de doos. De kinderen gaan in de doos zitten en houden de vuilniszak aan de geknoopte hoeken vast. Zet de föhn op de warme stand en blaas de lucht door de opening in de vuilniszak. Ga hiermee door tot de vuilniszak helemaal vol is met warme lucht en stevig aanvoelt. Vertel ondertussen dat de luchtballon opstijgt en laat de kinderen vertellen wat ze vanuit de lucht beneden op de grond kunnen zien: "Ik zie een vrachtauto" of "Ik zie koeien, wat zijn ze klein!"

Week 3 Het passagiersvliegtuig

Grote vliegtuigen hebben ook grote motoren. Weet je hoe het geluid van een motor klinkt? Luister maar eens naar een auto die start of voorbij rijdt. Of een vrachtwagen, een bromfiets of een overvliegend vliegtuig. Hoor je het geronk? Kun je het geluid nadoen? Luister naar dit vliegtuig en tel hoeveel motoren het heeft. Weet je nog dat een luchtballon kan vliegen omdat hij hete lucht in zijn buik heeft? De deltavlieger kon vliegen omdat hij op de wind meevliegt. Maar vliegtuigen hebben motoren. Zie je de witte strepen achter het vliegtuig? Uit elke motor komt een witte streep. Dat komt omdat de hete lucht uit de motoren, bevriest. Want boven in de lucht is het heel erg koud.

Vliegtuigstrepen

Nodig:

  • Lichtblauw A-4 papier
  • Krijt
  • Kleurplaat vliegtuigen

Kleur de vliegtuigen op de kleurplaat en knip ze uit. Plak de vliegtuigen op het blauwe papier. Trek met het krijt witte strepen achter de motoren van het vliegtuig.

In een passagiersvliegtuig kunnen veel mensen meevliegen. Bij grote vliegtuigen zijn dat wel meer dan 500 mensen. Tot hoeveel kun jij tellen? Heb jij wel eens in een echt vliegtuig gevlogen? Vond je dat spannend? Zat je bij een raam en kon je naar buiten kijken? Wat kon je dan allemaal zien?

De piloten van een vliegtuig zitten in een aparte kamer voorin het vliegtuig. Zo'n kamer noem je een cockpit. Zie je al die klokjes en lampjes voor de piloten? Dat is nodig om goed te kunnen vliegen. Kijk maar eens, wanneer je in de auto zit, naar alle klokjes en lampjes voorin. Dat is nodig om goed auto te kunnen rijden. De cockpit van een vliegtuig lijkt daar een beetje op. Kijk maar eens naar dit vliegtuig dat gaat landen. Zie je de weg waar het vliegtuig naartoe vliegt? Wanneer het vliegtuig gaat landen, komen de wielen van het vliegtuig naar buiten. Het vliegtuig kan dan verder rijden over de landingsbaan. Zo noem je de weg waar een vliegtuig op landt.

Veilig geland!

Nodig:

  • Zwart A-4 papier
  • Krijt
  • Kleurplaat vliegtuigen
  • Kleine felgekleurde cirkels

Wanneer het donker is en het vliegtuig gaat landen op de landingsbaan, moeten de piloten goed opletten. Ze zien op de landingsbaan de lampen branden. Daar moeten ze naartoe vliegen. Kleur de vliegtuigen van de kleurplaat en knip ze uit. Trek op het zwarte papier lange strepen met het krijt. Dat is de landingsbaan. Plak de cirkels in een rij midden op de landingsbaan. Plak nu de vliegtuigen op de landingsbaan. Ze zijn veilig geland!

Zoek de juiste schaduw bij het vliegtuig.

Wanneer je het Bubobord gebruikt, kun je de schaduwfiguren en vliegtuigen printen, uitknippen en lamineren. Plak er een klittenbandje achter en laat de kinderen op het Bubobord de juiste schaduw bij het vliegtuig zoeken.

Week 4 De helikopter

Een helikopter kan recht omhoog de lucht invliegen. Dat komt omdat hij geen vleugels heeft maar een rotor. Zo’n rotor gaat heel snel draaien waardoor de lucht die er langs stroomt hem omhoog duwt. De helikopter heeft daarom geen startbaan of landingsbaan nodig. Kijk maar eens naar het plaatje van de helikopter. Op de staart van de helikopter zit een keine rotor. Die is nodig om ervoor te zorgen dat de helikopter wanneer hij opstijgt, niet rondjes blijft draaien maar kan wegvliegen. Een helikopter kan recht naar boven vliegen, opzij vliegen, achteruit vliegen en zelfs stilhangen in de lucht. De helikopter kan op plaatsen komen, waar vliegtuigen niet kunnen komen, zoals op een hoge berg.

Joep wil gaan vliegen

Gebruik je het Bubobord? Plak dan de plaatjes van de vliegers op Bubo of laat de kinderen dit doen. Plak een boom op Bubo en maak van gekleurd klittenband een stoel waar Joep op kan staan.

Joep wil zo graag vliegen. Hij wil net zo hoog als de vogels door de lucht zweven. Daarom bedenkt hij een plan. Hij gaat vleugels maken! Dan kan hij ook gaan vliegen. Hij loopt naar de schuur en zoekt tussen papa’s spullen iets wat hij kan gebruiken. Wat heb je eigenlijk nodig om vleugels te maken? Joep weet al iets: twee lange latten! Die zal hij met twee touwtjes aan zijn armen vastmaken. Maar aan die latten moeten ook veren geplakt worden. Wat jammer nou… Joep kan geen veren vinden. Zal hij de deken van zijn bed halen en die aan de latten vastmaken? Dan lijkt het ook wel op vleugels van een vogel. Dat doet Joep! Hij rent naar boven naar zijn kamer en pakt de deken. Uit de keukenla haalt hij een schaar. En dan knipt hij de deken doormidden.

Oei Joep! Mag dat wel? Joep maakt de twee stukken vast aan de latten en bindt de latten met touwtjes aan zijn armen. Snel loopt hij naar buiten. Daar begint hij heel snel zijn armen op en neer te bewegen. Hij kijkt naar de grond: gaat hij al een beetje de lucht in? Nee, nog niet! Wacht…. hij zal op een stoel gaan staan en dan gaan springen. Dan gaat hij vast de lucht in. Hij pakt een stoel uit de keuken, tilt hem naar buiten en gaat erop staan. Hij klappert met zijn armen en springt van de stoel. Wat jammer! Weer niet gelukt. Hij staat nog steeds stevig op de grond. Dan begint het te waaien, donkere wolken schuiven voor de zon. En ineens wordt Joep door een harde windvlaag meegenomen en landt hij boven in een boom.

Joep is enorm geschrokken. Wat is dat hoog, boven in een boom! Hoe komt hij nou beneden? Hij begin heel hard te roepen: ‘help, help!’. Papa en mama komen naar buiten lopen en kijken om zich heen. Ze hoorden toch echt Joep ‘help’ roepen. Joep roept nog een keer heel hard ‘HELP!!’. Dan zien ze Joep boven in de boom zitten. Hoe kan dat? Is Joep naar boven gevlogen? Zijn armen lijken wel vleugels. Snel bellen ze Huib de helikopter. ‘Kun je snel naar ons toe komen vliegen?’ vraagt papa. ‘Joep zit boven in een boom, hij lijkt wel een vogel!’ Huib start zijn motor en de rotor gaat draaien. Hij vliegt snel naar het huis van Joep. Daar ziet hij Joep al zitten. Joep moet een beetje huilen, hij is bang dat hij nooit meer naar beneden kan. Maar Huib de helikopter gooit een touw naar beneden en roept naar Joep: ‘Joep, je moet het touw stevig vastpakken. Dan kan ik je weer veilig naar beneden brengen’. Dat doet Joep. Hij pakt het touw stevig beet en Huib de helikopter vliegt naar beneden. Joep landt veilig op het gras. Even later landt Huib ook op het gras. Wat is iedereen blij dat Joep weer stevig op de grond staat. Hij gaat nooit meer met z’n zelfgemaakte vleugels vliegen. Dat is veel te gevaarlijk. ‘Weet je wat?’ zegt Huib, ‘morgen mag jij met mij een rondje vliegen. Vind je dat een goed idee?’ Daar hoeft Joep niet lang over na te denken. En óf hij dat een goed idee vindt!

Vind je het ook leuk om eens te kijken hoe een echte helikopter vliegt? Kijk maar eens naar dit filmpje. Hoor je de motor van de helikopter? Zie je de rotor draaien? Hoeveel wieken heeft de rotor? En hoeveel mensen zitten er in de helikopter? 

Bouw je helikopter

Nodig:

  • A-4 papier
  • Schaar
  • Paperclip
  • Verf, kleurpotloden, versieringen

Dit werkje moet je als volwassene even voorwerken. Knip en vouw de helikopter en laat de kinderen de helikopter kleuren, verven of beplakken. Je kunt ook de kinderen het papier laten kleuren, verven en/of beplakken en hierna de helikopter uit het papier knippen en vouwen. Kijk naar het filmpje hoe je de helikopter moet maken. Heb je een speeltuin in de buurt? Dan kunnen de kinderen hun helikopter meenemen en die boven van de glijbaan naar beneden laten vliegen.

Voor wat oudere kinderen kun je eens kijken op de site van Kidzlab.nl hoe je verschillende helikopters kunt maken. Experimenteer met verschillende dikten en lengten van papier.

Helikopter, helikopter, mag ik met je mee omhoog?

Het liedje van de helikopter die hoog in de lucht gaat vliegen, mag natuurlijk niet ontbreken. Laat de kinderen lekker meezingen, terwijl ze met hun armen de rotor van de helikopter nabootsen.

Helikopterpuzzel

Nodig:

  • Per kind een kopie van de helikopter
  • Schaar
  • Kleurpotloden
  • Lijm
  • Gekleurd A-4 papier

Print de kleurplaat van de helikopter. Knip het in stukken: een stuk met de grote rotor, een stuk met de staartrotor, een stuk met het landingsgestel en de 'buik' van de helikopter in twee stukken. Afhankelijk van de leeftijd van de kinderen kan de helikopter in meer of minder stukken geknipt worden. Laat de kinderen de stukken van de helikopter op een gekleurd papier plakken zodat de helikopterpuzzel gemaakt wordt. Hierna kan de helikopter mooi gekleurd worden.

Tip: Gebruik je het Bubobord? Print dan de helikopter, lamineer hem en knip hem in grote stukken. Plak achter elk puzzelstuk een stukje klittenband. Laat de kinderen op het Bubobord de helikopterpuzzel maken. Benoem de onderdelen van de helikopter.

Scroll naar boven