Daar vliegt een bij!

Week 1

Midden in het veld staat een huisje. Het is geen gewoon huis. Het lijkt ook helemaal niet op een gewoon huis, met een deur, ramen en een dak. Het lijkt wel op een grote kist. Als je dicht bij het huis staat, kun je horen wie er in het huis wonen ‘zzzzzzzzzoem, zzzzzzzzzzoem’. In het huis wonen bijen. Het is een bijenhuis. En in dat bijenhuis zijn heel veel kamertjes, wel honderd! In sommige kamertjes wonen larfjes, dat zijn babybijtjes. In andere kamers zit honing. En in één van die kamertjes ligt een eitje, een bijeneitje. Wie zorgt er voor dat eitje? Dat doet Wilma de werkster. Ze let goed op wanneer het larfje geboren wordt. En wie heeft die eitjes gelegd? Dat heeft de grote bijenkoningin gedaan. Het zal niet zo lang meer duren voordat het larfje uit het eitje kruipt. Na 1, 2, 3 dagen…. gaat het eitje open en kruipt er een klein bijenlarfje uit. Hoera! Het larfje is geboren!

Print de illustraties bij dit thema.

Zoemen van de bij

Je hebt vast wel eens een bij horen zoemen. Kan jij ook het geluid van een bij nadoen? 'zzzzzzzzzzzzzz'. Wil je een bij horen zoemen? Klik dan hier.

Weet je hoe een bij het zoemgeluid kan maken? Komt het geluid uit haar mond? Of komt het geluid door de vleugels? Nieuwsgierig geworden? Klik hier om erachter te komen. 

Het bijenhuis

We maken mooie kamers in het bijenhuis. De bijen maken helemaal zelf een mooi bijenhuis met heel veel kamers. We stoppen in de kamers kleine bijeneitjes.

Print de afbeelding van de honingraat
Knip kleine eitjes uit geel papier en laat de kinderen in elk kamertje een eitje plakken.

Nodig:

  • print van de honingraat
  • geel papier
  • schaar en lijm

Zoek de bijeneitjes

De eitjes van de koningin zijn uit het bijenhuis gevallen. Ze liggen overal in het gras. Alle bijen moeten helpen om de eitjes weer netjes in de kamers van het bijenhuis te brengen. Help je mee? 

Nodig:

  • aantal eierdozen
  • wattenbolletjes

Leg een aantal eierdozen op de tafel. Verstop (terwijl de kinderen hun ogen dicht doen) een flink aantal wattenbolletjes (bijeneitjes) in de kamer. Laat de kinderen de wattenbolletjes zoeken en in de eierdozen (raten) stoppen. Eventueel muziek: zolang de muziek speelt, mogen de kinderen zoeken. Als de muziek stopt, tellen we de eitjes.

In het grote bijenhuis is het altijd erg druk. De bijen vliegen naar binnen en naar buiten. Sommige bijen blijven in het bijenhuis en zorgen voor de baby-bijtjes. Maar er is een bij die het allerbelangrijkste is en dat is de koningin. De bijenkoningin is wel groter dan de andere bijen en ze legt heel veel eitjes.

Hoe ziet een bij eruit?

Print de afbeelding van de onderdelen van de bij. Neem een gekleurd vel papier. Knip de onderdelen uit en laat de kinderen proberen de buik, vleugels en kop van de bij op het papier te plakken. Leg er een voorbeeld bij en laat ze daarna hun gang gaan. Als alles opgeplakt en gedroogd is, mogen de kinderen ogen in het hoofd tekenen en 6 pootjes onderaan de buik. De bij kan hierna mooi gekleurd worden.

Nodig:

  • Afbeelding onderdelen bij
  • Gekleurd A-4
  • Schaar
  • Lijm
  • Lijmkwasten
  • Pennen, stiften of wascokrijtjes

Week 2

Het bijenlarfje Betsy krijgt heel lekker eten van Wilma de werkster. Ze groeit en groeit… totdat ze bijna niet meer in haar kamertje past. Haar huidje wordt helemaal hard en ze kan zich niet meer goed bewegen. Betsy het bijenlarfje is nu een pop geworden, een bijenpop. Wilma maakt het kamertje van Betsy helemaal dicht. Zo kan Betsy niet uit het kamertje vallen. Binnenin de bijenpop gaat er iets veranderen: het larfje verandert in een echte bij. Maar dat duurt best lang, wel 21 dagen. Wilma gaat elke dag kijken en tellen: een, twee, drie, vier, ………twaalf, dertien, veertien… negentien, twintig, eenentwintig! Wilma staat bij het kamertje van Betsy. Ze hoort een geluid ‘knaag, knaag, knabbel, knabbel….’. Dan ziet Wilma een klein bijenhoofdje door het gat van het kamertje steken: Betsy bij is nu een echte bij geworden!

Liedje 'Bijtjes komen vragen'

Zing je mee? Klik hier voor de melodie.

Bijtjes komen vragen ‘mag ik wat honing dragen?
Mag ik wat honing kleine bloem? Zoem, zoem, zoem'.

Knutsel: Betsy Bij

Nodig:

  • wc rolletje
  • Beige papier
  • Wit papier
  • Geel papier
  • Zwarte papier

Knip van het gele en zwarte papier stroken van ongeveer 2 cm. Knip uit het beige papier een cirkel voor het hoofd. Knip uit zwart papier voor elke bij twee voelsprieten. Knip uit wit papier de vleugels uit 1 stuk. Arceer in het midden van de vleugels de strook waar de kinderen lijm moeten smeren (zie afbeelding). Laat de kinderen de gele en zwarte stroken op de buik van Betsy plakken. Laat de kinderen nu hun gang gaan. Er komen vast prachtige bijen tevoorschijn!

Maak de bijenpuzzel

Print de afbeelding van de puzzel, lamineer hem en knip de puzzel in de aangegeven stukken. Plak achter elk stukje een klittenbandje.Veel plezier!

Week 3

Betsy is een echte bij geworden! Met vleugels, mooie gele strepen op haar lijfje en 6 pootjes. Wat is Betsy blij. Ze wil heel graag naar buiten, het bijenhuis uit. Het is warm in het huis. De werksters wapperen met hun vleugels om wat koele wind in het bijenhuis te krijgen. Betsy ruikt die frisse wind en ze ruikt de bloemen. Betsy is er helemaal klaar voor: ze gaat naar buiten! ‘Ho, stop!’ zegt een grote werkster. ‘Jij mag helemaal niet naar buiten. Daar ben je nog veel te klein voor. Je moet eerst de bijenlarfjes eten geven’. Betsy kijkt heel verbaasd, ‘de bijenlarfjes eten geven?’ zegt ze. ‘En als ik daarmee klaar ben, mag ik dan naar buiten?’ ‘Nee’, zegt de werkster, ‘je moet 15 dagen lang de larfjes eten geven. Als er 15 dagen voorbij zijn, moet je helpen bij de deur van het huis. Dan word je een soldaat. Je moet erop letten dat er geen vreemde bijen of wespen of andere vliegen in het bijenhuis komen. Als je 21 dagen bent, mag je naar buiten vliegen, naar de bloemen’. ’21 dagen?’, denkt Betsy, ‘dat duurt wel heel erg lang’.

'Zoem, zoem', zegt de honingbij

Zoem, zoem, zegt de honingbij.
Ik ga op een lange reis.
En ik zoek in elke bloem, zoem, zoem, zoem.
Lalalala…… zoem, zoem, zoem.

He daar, zegt de rode bloem.
Waar ben jij toch naar op zoek?
Kan ik soms iets voor je doen? Zoem, zoem, zoem. 
Lalalala…… zoem, zoem, zoem.

Ik maak honing met de rest
In ons grote bijennest.
Ik wil nectar lieve bloem, zoem, zoem, zoem.
Lalalala…… zoem, zoem, zoem.

(klik voor de melodie hier)

Eten voor de larfjes

Betsy moet eerst de bijenlarfjes eten geven. We helpen Betsy en geven de bijenlarfjes ook eten.

Nodig:

  • eierdoos
  • wattenbolletjes
  • brinta/havermout
  • warm water
  • lepeltje

Maak met een watervaste stift twee oogjes op de wattenbolletjes en leg ze vervolgens in de eierdoos. Dit zijn de bijenlarfjes. Maar samen met de kinderen een lekker papje van Brinta/havermout en water. Laat de kinderen roeren in de kom met bijenpap. Ze mogen nu alle larfjes eten geven (wanneer de kinderen het leuk vinden, kunnen ze ook eerst de bijenkamertjes een mooi kleurtje geven).

Het bijenmasker

De bijen weten welke andere bijen er in hun bijenhuis wonen. We maken een bijenmasker. Kindjes met een bijenmasker horen in ons bijenhuis. Print het masker, laat de kinderen het kleuren met zwarte en gele krijtjes en/of stiften. Prik de gaatjes aan weerszijden van het masker en maak er een elastiekje in. Alle bijen kunnen nu van buiten naar binnen vliegen, ze horen erBIJ.

Nodig:

  • Print van het bijenmasker
  • Verf en kwasten of kleurtjes
  • elastiek

Week 4

Betsy Bij is 21 dagen oud. Ze mag nu naar de bloemen vliegen! Maar waar kan ze de bloemen vinden? Betsy loopt naar de deur van het bijenhuis, wappert met haar vleugeltjes en vliegt naar buiten. ‘O, wat heerlijk!, zegt Betsy. Ze vliegt heel hoog en dan weer heel laag, ze vliegt rondjes en duikelt naar beneden. Dan herinnert ze zich dat ze nectar en stuifmeel moet gaan zoeken voor de larfjes en voor de koningin. Betsy kijkt, terwijl ze vliegt, eens goed om zich heen. Ze ziet rode, witte en gele bloemen. Zouden die lekker zijn? ‘Ik ga de gele bloem eens proeven’, denkt Betsy. Ze vliegt naar de gele bloem en slurpt de nectar eruit. ‘Mmmmm, best lekker!’ In de kleine korfjes aan haar pootjes verzamelt ze meteen wat stuifmeel. ‘Zo, ik ben klaar’, zegt Betsy, ‘nectar in m’n honingmaagje en stuifmeel in de korfjes!’ Betsy vliegt terug naar het bijenhuis en geeft de nectar en stuifmeel aan de bijen bij de deur. ´Het is superlekker!´ zegt Betsy. De andere bijen kijken blij, want van lekkere nectar en stuifmeel kunnen de bijenlarfjes goed groeien. Dan ziet Betsy dat de andere bijen naar iets staan te kijken. Wat is daar aan de hand? Betsy gaat ook kijken. Een bij loopt over de raten. Ze duwt tegen de andere bijen. De andere bijen komen dichterbij en proeven van de honing die de bij heeft meegenomen. ‘He’, denkt Betsy, ‘dat is Wilma!’ Wilma loopt telkens rondjes en laat de andere bijen van haar nectar proeven. ‘Wilma! Joehoe! Wilma! Wat ben je aan het doen?’ Wilma kijkt op en ziet Betsy staan. ‘Hoi Betsy!’ zegt Wilma. ‘Ik heb superlekkere nectar gevonden. En nu vertel ik de andere bijen waar ze het kunnen vinden. Kom ook even proeven!’ Dat wil Betsy wel en ze gaat in de kring van bijen staan. Wilma draait rondjes en duwt telkens tegen de andere bijen aan en laat de nectar proeven. En het lijkt wel of Wilma kan toveren, want alle bijtjes weten nu waar die lekkere honing te vinden is.

De bijendans

Klik op deze link om de dans van de bijen te zien.

De bijendans

De bijen gaan dansen en laten elkaar nectar proeven. Zo weten de andere bijen waar ze die lekkere nectar kunnen vinden. Zet je bijenmasker maar op, want we dansen met de bijen mee!

De bij kent twee dansjes:

Danst de bij de rondedans? Dan zijn de bloemen met de lekkere nectar dichtbij het bijenhuis. De bij danst in de vorm van een cirkel. Na een tijdje danst de bij de cirkel in de tegenovergestelde richting. De bijen weten waar ze de bloemen kunnen vinden.

Danst de bij de kwispeldans? Dan zijn de bloemen met de lekkere nectar verder weg. De bij danst in een 8-vorm. Wanneer ze tussen de twee cirkels van de 8 danst, kwispelt ze met haar achterlijf. De andere bijen weten nu waar ze naartoe moeten vliegen.

Zet een leuk muziekje op, en laat de kinderen eerst de rondedans dansen en daarna de kwispeldans. Als geheugensteuntje kun je met krijt (buiten) of schildertape (binnen) een 8-vorm en een cirkel maken. Laat de kinderen erover lopen, terwijl jij voorop loopt.

Alle bijen weten waar de lekkere nectar te vinden is. De grote bijen vliegen uit het bijenhuis naar die lekkere nectar. Het is ver vliegen en Betsy vliegt mee! Ze wordt wel een beetje moe maar het is zo spannend! Daar ziet Betsy grote gele bloemen. Ja hoor, de nectar die ze geproefd heeft bij Wilma kan ze al ruiken! Betsy gaat op die grote gele bloem zitten en drinkt van de nectar. ‘hmmmm, zulke lekkere nectar heb ik nog nooit geproefd!’, zegt Betsy. De andere bijen zitten ook op de bloemen en smullen van de nectar. Dan zijn de bijenbuikjes vol en vliegen ze allemaal terug naar het bijenhuis. Wat zullen de bijenlarfjes en de koningin smullen van deze heerlijke nectar.

Vang de bij in de bloem

Bijen kruipen in de bloemen om de nectar te drinken. We maken grote bloemen en proberen de bijen in de bloem te vangen.


Nodig:

  • Per kind 1 petfles (liter of anderhalf liter)
  • Gekleurd A-4 papier
  • Schaar
  • Lijm
  • Touw
  • Grote houten kralen

Knip grote bloemblaadjes uit het gekleurd papier. Laat de kinderen de bloemblaadjes aan de binnenkant van de opengeknipte petfles plakken. De blaadjes hangen over de rand van de fles naar buiten toe. Maak de houten kraal aan het touwtje vast. Maak het touwtje vast door het tussen de flesopening en de dop te schroeven. Zorg dat het touwtje lang genoeg is om de bij in de fles te laten vliegen. Veel plezier!

Honing proeven

Heb jij wel eens honing geproefd? De honing die je in de winkel kunt kopen, komt uit het bijenhuis. De honing wordt heel voorzichtig uit het bijenhuis gehaald door een imker. Dat is een meneer of mevrouw die veel van bijen en honing afweet. Vaak heeft de imker een net over z'n hoofd en een speciaal pak aan. Want je weet dat er soldatenbijen zijn die heel goed op het bijenhuis passen. Bijen hebben aan de achterkant van hun lijfje een angel waarmee ze kunnen steken. 

Je kunt de honing op je boterham smeren, door de yoghurt roeren, of wanneer je koekjes bakt, door het deeg mengen! 

Lieve bijtjes, bedankt voor de heerlijke honing!

Leuke boeken bij dit thema zijn:

Scroll naar boven