Assepoester in de herfst

Aan de hand van het sprookje van Assepoester dat door Dick Bruna is verteld en getekend, gaan we de herfst in. De pompoen speelt een belangrijke rol, maar ook de herfstblaadjes, kastanjes, eikels en beukennootjes. Het schoentje en de klok die twaalf uur slaat...

Week 1

Koop een grote pompoen en zet hem binnen handbereik van de kinderen. Let er wel op dat je een eetbare pompoen koopt want in week 4 wordt er soep van gemaakt!


Laat de kinderen de pompoen voelen, tillen en ruiken. Klop eens op de pompoen: hij klinkt hol. Welke kleur heeft de pompoen? Is hij zwaar?

De plaatjes in het boek van Dick Bruna kun je eenvoudig natekenen. Laat de kinderen het inkleuren of doe dit zelf. Plastificeer de afbeeldingen en plak er zelfklevend klittenband achter. Plak de figuren op het Bubobord. Let op: Denk er aan dat je klittenband met haakjes koopt, niet met oogjes.

Vertel het verhaal van Assepoester uit het boek en geef de kinderen ruimschoots de tijd om mee te praten. Plak hierna de figuren op Bubo en vertel het verhaal nogmaals. Je zult zien dat de kinderen het verhaal ook willen vertellen of willen aanvullen.

Assepoester moet al het werk alleen doen: alleen opruimen, alleen blaadjes harken, alleen de borden en kopjes afwassen (bedenk er zoveel bij als je wilt, mits het voor de kinderen herkenbaar is). Haar twee zussen doen helemaal niets! Is dat aardig?

Helpen wij elkaar? Ruimen we samen op? Maken wij samen de spullen schoon? Waarom?

Activiteit

We gaan een stevige bezem maken om Assepoester te helpen de blaadjes bij elkaar te vegen. Ga naar het bos of naar het park en zoek een rechte, stevige tak. Dit wordt de bezemsteel. Zoek dan met elkaar kleinere dunne takjes uit, maar wel lang genoeg om de bezem te maken. Stop alles in een grote tas. Neem ook andere dingen mee die de kinderen vinden, zoals blaadjes, eikels en kastanjes.

Leg de inhoud van de tas thuis op een groot kleed. Neem een stevig stuk touw en bind de kleine takjes stevig rondom aan de onderkant van de grote, dikke tak. Knip de uiteinden van de kleine takjes eventueel op de goede lengte. Bind om de bezemsteel een kaartje met daarop de naam van de maker.

Dan is het tijd om de bezem te gaan gebruiken. Ga er lekker op uit en zoek een hoop blaadjes, veeg dit met elkaar op een grote hoop en …… springen maar! Gooi de blaadjes in de lucht, veeg ze weer bij elkaar, spring er weer in!

Week 2

Deze week ligt de nadruk op de koets van Assepoester. De grote pompoen verandert in een koets. Wat is een koets? Vertel aan de hand van illustraties wat een koets is. Hoeveel mensen passen in een koets? Hoe kan een koets rijden? Rijdt er in ons land ook wel eens een koets en wie zitten daar in?

Activiteit

Op het Bubobord maak je van gekleurd klittenband een koets. Knip cirkels uit stevig papier, lamineer het eventueel en plak er klittenband achter. Dit zijn de wielen. Print de muizen, lamineer en knip uit. Plak er een klittenbandje achter.

Nu kunnen de muizen in de koets gepast worden. Hoeveel muizen passen er in?

Laat de kinderen tellen en gebruik voor elk getal ook het symbool zodat ze hiermee vertrouwt raken.

Activiteit

Haal bij de supermarkt een grote doos. Zorg dat de doos groot genoeg is om twee kinderen in te laten zitten. Alle kinderen mogen meehelpen om de doos zo mooi mogelijk te versieren. Hij wordt namelijk de koets van Assepoester. Gebruik zilverkleurig of goudkleurig papier en knip hieruit kroontjes om op de koets te plakken. Bij de Zeeman of de Action kun je leuke zelfklevende juwelen kopen. Versier de doos hiermee. Wanneer de doos af is, worden er vier lange stokken in de hoeken vast gemaakt. Hang over deze stokken een doek. Dit is het dak van de koets.

Laat de kinderen er heerlijk mee spelen en stimuleer hun fantasie door te vragen wat er allemaal in de koets wordt meegenomen. Wie zit er in de koets? Wie trekt de koets? Waar gaat de koets naartoe?

Week 3

Het schoentje van Assepoester is heel kostbaar en belangrijk. Doordat Assepoester dit schoentje verliest, kan de prins haar weer terugvinden.
Praat met de kinderen over ‘verlies’. Heb jij wel eens iets verloren? Wat heb je verloren? Hoe voelde je je toen?
Praat met de kinderen over ‘vinden’. Heb jij wel eens iets gevonden? Wat was dat? Was het van jou of was het van iemand anders? Heb je het teruggegeven?

Knutselen

Wie de schoen past, trekt hem aan.

Altijd al eens een prachtig schoentje willen maken? Haal de versierspullen maar tevoorschijn, dan kan het knutselen beginnen! Kijk hier voor het knippatroon van een schoentje.

Dit heb je nodig:

  • vouwblaadjes
  • schaar
  • lijm
  • versierspulletjes
Spelletje

We doen het spelletje ‘zakdoekje leggen’. In plaats van ‘zakdoekje’ zeggen we ‘schoentje’. Laat de kinderen in een kring zitten. Een kind staat buiten de kring met zijn schoen in zijn hand. De kinderen in de kring doen de ogen dicht en zingen: Schoentje leggen, niemand zeggen, kukelekuu zo kraait de haan. Twee paar schoenen heb ik aan gedaan, een van stof en een van leer, hier leg ik mijn schoentje neer. Kijk voor je, kijk achter je, kijk aan je beide zijden...

Het schoentje is inmiddels door het kind buiten de kring achter de rug van een van de kinderen gelegd. Degene die het schoentje achter zich heeft liggen, moet het andere kind achterna rennen tot hij het heeft getikt of totdat dit kind op zijn plaats is gaan zitten.

Week 4

Deze week wordt een meesterwerk gemaakt door de kinderen: een grote koets. Het is een knutsel voor meer dagen, dus plan het goed van tevoren.

Vraag de kinderen waar je allemaal op en in kunt rijden. Alles wat wielen heeft, kan rijden. Lang geleden waren er nog geen auto's, treinen of fietsen. Dat is gek! Weet je waar de mensen toen mee konden rijden? Met een paard! Maar ook met een koets, die door een paard werd getrokken. In een koets passen meer mensen dan op de rug van een paard. Hoe ziet een koets eruit? Hoeveel wielen heeft een koets? Is dat net zoveel als een auto of als een fiets? En weet je hoeveel mensen er in een koets passen?

De koets van Assepoester verandert weer terug in een pompoen zodra de klok twaalf uur slaat. De koets die de kinderen gaan maken is een blijvertje.



Knutselen

Dit heb je nodig:

  • balonnen
  • oude kranten
  • behanglijm
  • (eventueel) touw
  • verf
  • kwasten

Let op! Deze knutsel is niet geschikt voor kinderen die nog van alles in hun mond stoppen. Houd ongeveer een leeftijd van 2 ½ jaar aan.

Maak behangplaksel klaar volgens de gebruiksaanwijzing op de verpakking. Blaas een ballon op. Plak zelf een aantal lagen krantenpapier met behangplaksel besmeerd op de ballon. Hierdoor hebben de kinderen een stevige basis om zelf aan de slag te gaan met papier-maché.

Laat goed drogen.

De volgende dag gaan de kinderen ermee aan de slag. Wanneer ze dit kunnen, mogen ze zelf stroken krantenpapier knippen of scheuren. Laat ze lekker kliederen met het plaksel en het papier. Het is zeker niet erg wanneer de stroken in bobbels op de ballon worden geplakt. Dit geeft juist een leuk effect! Sommige kinderen vinden het erg vies om met hun handen in de lijm te graaien. Forceer dit niet, maar laat zien dat er niets gebeurt met hun handen en dat alles weer schoongemaakt kan worden.

Kokkerellen

Omdat je moet wachten tot de ballon droog en hard is geworden, kun je de pompoensoep gaan maken. Snij het bovenste laagje van de pompoen eraf en laat de kinderen er eens goed in kijken. Laat de kinderen voelen: is het pompoenvlees hard of zacht? Is het glibberig of stroef? Samen kun je de pompoen uithollen. Voor een lekker pompoensoepje kijk je hier.

Wanneer je tijd hebt, ga je gezellig met de kids naar de groentenboer of supermarkt om de ingrediënten te kopen. Maak samen een lijstje en laat de kinderen in de winkel zoeken naar de juiste boodschappen.

Nog meer uitdaging?

Laat de kinderen leuke etiketten ontwerpen en plak deze op lege glazen potten, bijvoorbeeld een appelmoespot. Giet de pompoensoep erin en versier het deksel met een leuk stofje en een vrolijke strik.

Verven

De volgende dag wordt door jou de inmiddels hard geworden ballon klaar gemaakt: knip er aan weerszijden een deur en twee ramen in. Zie voor verdere instructies mijn bord herfst op Pinterest.

Wanneer alles klaar is, gaan de kinderen de koets naar hartenlust verven en versieren.
De koets is een prachtige bewaarplaats voor herfstschatten, zoals kastanjes, eikels, beukennootjes, enz. Leg mooi gekleurde blaadjes als een tapijt op de grond van de koets. 

Week 5

Deze laatste week staat in het teken van de paarden.
Zonder paarden komt de koets nergens. In de eerste week hebben we het met de kinderen gehad over de koets en hoe de koets kan rijden. Waarschijnlijk zijn toen de paarden wel genoemd.

Paarden zijn hele sterke dieren. Ze kunnen een zware kar trekken of andere zware dingen. Ze kunnen ook een koets trekken. Je kunt zelfs op de rug van een paard gaan zitten. Het paard kan je dan naar het kasteel van de koning brengen! Wie heeft wel eens op de rug van een paard gezeten? 

Sterk, sterker, sterkst

In de eerste week hebben we de pompoen goed bekeken en gevraagd wie zo´n grote pompoen kan optillen. Daar moet je namelijk erg sterk voor zijn.
Het paard dat de koets van Assepoester trekt, was ook erg sterk. Laat de kinderen hun spierballen maar eens zien. Jij bent sterk! Wat kan jij allemaal optillen? Laat de kinderen vertellen en benoemen wat ze kunnen tillen. Wie is er sterker? Waarschijnlijk worden ‘papa’ of ‘opa’ wel genoemd...

Spierballen

De koets die in week 2 gemaakt is, wordt nu gebruikt als kar voor een zware lading. Maak aan de voorkant van de doos een lange strook stof of een touw vast.
Laat de kinderen allerlei zware dingen noemen en dit in de doos leggen. Bijvoorbeeld: blokken, vrachtauto, boek, enz.
Vervolgens mogen de kinderen die dat willen de ‘kar’ gaan trekken. Maak een rondje om de tafel of door het lokaal. Kunnen we de kar nog zwaarder maken? Hoe?
Wie is sterk genoeg om deze kar te trekken?

Paard en koets

De zelfgemaakt koets van week 4 moet natuurlijk ook door een paard worden getrokken. Klik hier om een eenvoudig paard te printen. Doe dit op stevig papier en laat het door de kinderen vrolijk kleuren. Knip het paard uit.

Vertel dat een paard een lange staart en manen heeft. De kinderen kunnen van stroken papier staarten en manen knippen. De oudere kinderen kunnen dit van draadjes wol doen. Waar hangt de staart van een paard? Waar hangen z'n manen? Laat ze lekker hun gang gaan en kijk en geniet van hun eigen idee hoe een paard eruit ziet.

Plak het paard vast op een standaard. Klik hier voor een standaard. Maak een touwtje vast aan de voorzijde van de koets en aan het paard.

Klaar voor vertrek!

Scroll naar boven